Badminton Vereniging Almere

Van de Voorzitter

Zonder overdrijven kunnen we stellen dat de sportieve prestaties in het competitieseizoen 2010/2011 bepaald niet zijn tegengevallen. Weer de nodige kampioenen, geen degradanten en het volgend seizoen tien landelijke teams. De Sporttechnische Commissie en de trainers, maar vanzelfsprekend ook de spelers, verdienen een pluim.

Voor Dekker Almere en Forza Almere is de competitie overigens nog niet afgelopen. Dekker Almere heeft nog twee wedstrijden te gaan in de reguliere eredivisiecompetitie en kan zich vervolgens voorbereiden op de play-offwedstrijden. De play-offs halen was de doelstelling en dat is gelukt.
Forza Almere zal het kampioenschap in de eerste divisie van 2009/2010 niet continueren met een kampioenschap in 2010/2011, na de billenkoekwedstrijd tegen Van Zundert Velo-3. Maar dat was ook niet de doelstelling, dus met een tweede plek wordt er ook een mooi resultaat bereikt.

Het vertrek van Otto van Stenus kan een aderlating voor de vereniging worden genoemd. Niet alleen voor wat de functie van voorzitter van de Sporttechnische Commissie betreft, maar ik zie in Otto nog altijd mijn ideale opvolger.

Naar ik heb begrepen worden dit jaar voor het laatst de Satellitetoernooien georganiseerd in de huidige vorm. Het aantal Satellitetoernooien wordt teruggebracht tot naar ik meen zes en ze gaan met ingang van het nieuwe seizoen als Masterstoernooien door het leven. Ook wordt het prijzengeld voor de deelnemers verhoogd. Doelstellingen zullen wel zijn een verdere professionalisering van de toernooien en een kwaliteitsimpuls. Maar als ik naar de data kijk waarop de toernooien volgend seizoen worden gehouden, dan vraag ik mij af of de toppers nog wel naar de Masterstoernooien zullen komen. Er is altijd wel gelijktijdig een toernooi in het buitenland en we weten allemaal hoe het tegenwoordig gaat, het verdienen van punten op de ranking is het belangrijkste geworden voor de deelnemers. Ik vraag mij derhalve af of die kwaliteitsimpuls voor de Masterstoernooien er wel komt. Soms heb ik als eenvoudig voorzitter van een kleine vereniging mijn bedenkingen. Wellicht is het organiseren van een gezellig toernooi voor landelijke en regionale spelers zo langzamerhand wel te verkiezen boven prestigieuze Masterstoernooien, waar de Nationale seleciespelers toch verstek zullen laten gaan.

En als we het dan toch over onze nationale selectiespelers hebben, nog even het volgende. Via, via hoorde ik dat er op 8 februari 2011 een toelichtingsbijeenkomst is geweest voor de spelers naar aanleiding van de afspraken die in het LCW-overleg van 25 januari 2011 tussen clubs en Badminton Nederland zijn gemaakt. Eén van de spelers heeft vervolgens één en ander op een A4-tje gezet. Alleen maar goed, dunkt mij. Toch stak mij de laatste alinea van dit verslagje. Nu weet ik niet of de vertegenwoordigers van Badminton Nederland het zo gezegd hebben of dat het een interpretatie is van de opsteller van het A4-tje, maar het luidt in ieder geval als volgt.

“Als laatste willen we jullie mee geven dat je van grote waarde bent voor je club. Je traint elke dag en probeert er alles aan te doen om het beste uit jezelf te halen en daar profiteert de club van mee. Randvoorwaarden zoals bardiensten, coachen en training geven zijn daarom volgens ons totaal overbodig en moet je eigenlijk niet mee instemmen. Je hebt je rust hard nodig, dus zorg er voor dat je die ook kan nemen en niet andere dingen moet doen voor de club.”

Wanneer je met het verkeerde been uit bed bent gestapt, dan kun je er zo maar uit opmaken dat de clubs blij mogen zijn dat de toppers willen spelen, dat het prima is dat de spelers daar een vergoeding voor incasseren, maar dat het sociale aspect om lid van een vereniging te zijn, volkomen onbelangrijk is. De clubs zijn goed voor de centen en dat is het dan ook. Ook daar ga ik als eenvoudig voorzitter vanzelfsprekend samen met het bestuur van onze vereniging nog eens goed over nadenken!

En dan nog iets wat wel bijna op een anekdote lijkt.
Net voor het EK voor landenteams in Amsterdam begon, kregen we van de organisatie het verzoek of we een scheidsrechtersstoel wilden uitlenen. Men kwam een scheidsrechtersstoel te kort. Op zich geen enkel probleem, ware het niet dat onze stoelen door de LCW zijn afgekeurd voor de eredivisie. De scheidsen zitten namelijk 11 centimeter en vier millimeter te hoog. Ik gaf de vraagsteller derhalve aan, dat onze stoelen jammer genoeg niet geschikt zijn. Maar die 11 centimeter en vier millimeter bleek toch geen probleem te zijn. Dus de stoel werd opgehaald en is gebruikt. Maar alvorens de stoel werd gebruikt, werd de stoel, zoals uit de bijgevoegde foto blijkt, ook nog op klossen gezet! Dat betekent in feite dat de stoel misschien wel 30 tot 40 centimeter te hoog werd!

Onder het motto, dat wat goed genoeg is voor het EK, ook moet kunnen in de eredivisie, zullen wij vooralsnog onze scheidsrechtersstoelen niet inkorten. Eventuele boetes zullen we al helemaal niet betalen :)

Reageer op dit bericht (“Van de Voorzitter ↑”)

(wordt niet getoond op de website)
(wordt aan uw naam gekoppeld)
(nee invullen)

Smilies

Richtlijnen voor reacties (uitgebreid)